Page 51 of Near Dark

Dat gaf haar een idee. Ze moest allesbehalve eenvoudig te werk gaan.

21

Als buitenlandse missies woningen voor hun diplomaten selecteerden, gebeurde dat met medewerking van het gastland. Naast de kwaliteit van het huis en de veiligheid van de buurt was het vooral van belang dat de plaatselijke politie, brandweer en ambulancedienst na een oproep snel ter plaatse konden zijn. Alle diplomaten en hun adressen stonden als zodanig geregistreerd in de database voor noodoproepen.

Sølvi was nu van plan om als een boze buurvrouw op de deur te bonken en te vragen waar al dat lawaai vandaan kwam. Maar dan zou er niets van het verrassingselement overblijven. Degene die binnen was, kon zich stilhouden en haar gewoon negeren, in de hoop dat ze zou vertrekken.

Ze had melding kunnen maken van een overval, een brand of een medisch noodgeval, maar als de hulpdiensten in Vilnius met die in andere grote Europese steden te vergelijken waren, duurde het algauw zeven tot tien minuten voordat ze arriveerden. Als ze zoveel tijd had willen verspillen, was ze al op zoek geweest naar de conciërge. Bovendien was er geen garantie dat ze haar diplomaat mee zou kunnen nemen als ze de politie of de brandweer liet komen.

Ze moest de situatie naar haar hand proberen te zetten. Ze keek nog eens naar de massieve houten deur en het bewerkte ijzeren slot, en opeens wist ze het.

Het gebouw deed haar denken aan het appartementencomplex waarin ze als au pair in Parijs had gewoond. Van de façade en de kooilift tot aan de marmeren trap en de gangen waren de gebouwen vrijwel identiek. Ze hoopte dat dat ook voor de zolderruimte gold.

Ze liep een stukje terug door de gang en zag een dienstdeur, die ze met één flinke schop wist te openen. Daarachter lag een houten ‘bediendentrap’ die naar de zolderruimte onder het dak leidde.

Net als de zolder in Parijs liep deze over de hele lengte van het gebouw. Het was er stoffig en overal lagen dozen en andere troep, die waarschijnlijk van de conciërge of de eigenaar van het pand geweest waren. Vanaf de noordzijde van het gebouw tot aan de zijkant liep een planken doorgang langs de blootliggende, met de hand gemaakte dwarsbalken.

Ze liep weer verder, pakte ondertussen wat spullen op die van nut konden zijn en bleef staan op de plek waaronder het appartement van de diplomaat moest liggen.

Ze knielde neer, waarbij ze erop lette dat er niets begon te kraken, en luisterde. Ze legde haar hoofd tussen twee balken en hoorde dezelfde gedempte geluiden die ze beneden in de gang had gehoord. Ze hoefde zich nu alleen nog maar te bepalen waar ze naar binnen zou gaan.

Tussen twee afzonderlijke draagbalken, die een aantal meters uit elkaar lagen, zag ze de bevestiging van twee verschillende kroonluchters. De woonkamer en de eetkamer, dacht ze.

Recht achter de woonkamer zag ze er nog een. De toegangshal. Nu ging ze op zoek naar een volgende bevestiging, vlak naast die as. Even later had ze die gevonden. De masterbedroom.

In tegenstelling tot de Fransen, die van hun zolders kamertjes voor hun dienstmeisjes maakten, hadden veel Oost-Europese gebouwen onafgewerkte zolders. Gelukkig was dit er ook zo een. Dat betekende dat Sølvi geen ondervloer hoefde los te trekken. Ze kon meteen aan de slag met de gipsplaat en de lat tussen de twee balken die ze had uitgekozen.

Met als ‘nulpunt’ de kroonluchterbevestiging, die volgens haar boven de masterbedroom was aangebracht, zocht ze de plek waaronder volgens haar het bed moest staan. Met het gereedschap dat ze had verzameld begon ze een gat te maken.

Als het per se had gemoeten, had ze ook dwars door het plafond kunnen springen, in de hoop dat dat goed afliep, maar ze wist dat het plafond van luxe appartementen op de bovenste verdieping soms wel vijf meter hoog was. Ook al had ze veel ervaring met uit vliegtuigen springen, als de landing mislukte, kon ze zomaar een gebroken enkel of been oplopen, of erger.

Het was zoiets als door dun ijs op een ondiepe vijver prikken. Eerst maakte ze een klein gaatje, zodat ze kon zien waar ze zich bevond. Het pleitte voor haar vakmanschap dat ze recht boven het bed zat. Door brokken pleister en gips los te pulken maakte ze het gat nog wat groter, zodat ze kon zien dat de slaapkamerdeur dicht was.

Nog een paar klappen en ze had genoeg ruimte om tussen de balken door te glijden. Na nog een laatste blik om zich ervan te verzekeren dat de kamer leeg was, gleed ze met haar voeten omlaag door het gat en liet zich behendig op het bed vallen.

Ze maakte zo’n harde landing dat ze zich afvroeg of het bed het niet zou begeven en tegen de vloer zou knallen. Dat gebeurde niet.

Toch had haar val niet geluidloos geweest. Als de deur niet dicht was geweest, zou ze zichzelf verraden hebben.

Ze bracht haar pistool omhoog, wipte van het bed en liep snel de kamer door. Voor zover ze het kon beoordelen kwamen de stemmen vanaf de plek waar volgens haar de eetkamer moest zijn, als je de deur uit ging, rechts aan het eind van de gang.

Ze drukte zich tegen de muur, pakte de greep van de deur en duwde die omlaag. Toen ze het slot voelde loskomen, trok ze de deur naar achteren. Hij bewoog zonder enig geluid op de goed geoliede scharnieren.

Met geheven en schietklaar pistool gluurde ze de gang in. Eerst rechts en dan links. Er waren geen doelen in het zicht.

Ze sloop in de richting van de eetkamer, terwijl ze het pistool vlak bij zich hield, maar steeds gereed om de trekker over te halen. Hoe dichter ze bij de deur kwam, hoe beter ze de verschillende stemmen kon onderscheiden.

Ze hoorde haar diplomaat spreken, evenals twee andere mannen. Ze maakten ruzie met elkaar in wat hun moedertaal moest zijn.

Aan het einde van de gang bleef ze opeens staan. Ze kon nog steeds gebruikmaken van het verrassingselement. Maar zodra ze de woonkamer binnenstapte, zou die kans definitief verkeken zijn.

Ze wilde niet zomaar naar binnen stuiven, maar had geen alternatief. Vanaf de plek waar ze positie had gekozen, kon ze niemand zien. In het beste geval hadden de mannen, die vast bewapend waren, hun wapens niet getrokken.

Terwijl ze druk op de trekker uitoefende, haalde ze diep adem en schoot in een schuine hoek de kamer in.

Meteen kon ze alles zien. De diplomaat was in de eetkamer met zijn handen op zijn rug vastgebonden aan de dikke trekstang van de klapdeur naar de keuken. Hij werd belaagd door twee enorme bullebakken. Het kostte haar moeite om niet te schieten. Alles was voor haar te zien in een grote spiegel tussen de twee kamers.

Zonder dat ze het zich realiseerde spiegelde ze het hele tafereel in gedachten, zodat het haar duidelijk was waar de schurken zich precies bevonden. Ze richtte haar pistool zo goed mogelijk en vuurde een paar schoten door de muur af.