Page 41 of Near Dark

‘Maak je geen zorgen,’ zei Lawlor. ‘Ga nou maar gewoon. Het is belangrijk. We zijn hier als je terugkomt.’

17

Op het moment dat Harvath zag wie er bij de tweede tee stond, had hij er spijt van dat hij naar de golfbaan was gelopen.

‘Het is hier geen Burning Tree,’ zei de man, verwijzend naar de exclusieve golfclub in Bethesda die de inspiratiebron voor veel golfbaanontwerpen was. ‘Maar hoeveel mensen kunnen zeggen dat ze op de persoonlijke baan van de president golf hebben gespeeld?’ Dr. Joseph ‘Joe’ Levi was de meest gerenommeerde psychiater van decia. Toen Harvath uit Rusland was ontsnapt en weer naar huis was gebracht, had hij vier dagen op een schuiladres aan de Eastern Shore van Maryland doorgebracht, waar hij door Levi encia-directeur McGee was ondervraagd.

Dat was een standaard werkwijze. Harvath was door een vijandige buitenlandse inlichtingendienst gevangengehouden en gemarteld. Zijn debriefing was op drie elementen gericht: de informatie die de Russen hem hadden willen ontfutselen, de informatie die hij had prijsgegeven en de wijze waarop de ondervragingen waren uitgevoerd. Harvath twijfelde er niet aan dat zijn ervaringen leerstof voor toekomstige Amerikaanse inlichtingenagenten zouden zijn.

Toen McGee er eenmaal van overtuigd was dat de Russen Harvath niet zo lang hadden vastgehouden dat hij was doorgeslagen en dat de weinige intel die hij had prijsgegeven feitelijk onbelangrijk was, was hij vertrokken bij de debriefing en had hij de meer persoonlijke aspecten aan Levi overgelaten. Zodra de psychiater Harvath had gevraagd hoe hij over de dood van zijn vrouw dacht, had Harvath hem in bloemrijke bewoordingen opgedragen een reuzenstap naar achteren te zetten.

Hij voelde er niets voor om zijn gevoelens te laten onderzoeken. Bovendien werkte hij voor de Carlton Group, niet voor decia. Nog afgezien van implicaties van zijn gevangenneming voor de nationale veiligheid had Levi niet de vereiste positie om hem te analyseren. Hij solliciteerde niet naar een baan bij decia. Mocht hij dat ooit doen, dan mochten ze hem door de psychologische molen halen.

Levi was een interessant figuur. In een klinische, debriefingsetting was hij een en al zakelijkheid, superprofessioneel en met aandacht voor elk detail. Niets ontging hem en hij maakte uitvoerig aantekeningen. Maar als je hem in een meer ontspannen omgeving trof, leek hij uitsluitend over twee zaken te kunnen praten: auto’s of golf.

Hij was gekleed in een poloshirt en geruite katoenen bermuda­short en leunde nonchalant op zijn grafieten club terwijl hij zijn rechterhandschoen aantrok. ‘Honderd dollar dat ik in twee slagen in de hole ben.’

Wat een klootzak, dacht Harvath. Dit was precies het onderdeel van het moderne inlichtingenwereldje waar hij een bloedhekel aan had. Het was mooi dat je deskundigen op psychisch gebied kon raadplegen, maar dat ze je werden opgedrongen, ook al was het in een ontspannen setting, was ronduit waardeloos.

De laatste keer dat Levi had geprobeerd om in zijn hoofd binnen te dringen was toen hij op de veranda van hetzelfde schuiladres een beetje zat te suffen en de psychiater opeens was verschenen, een koelbox vol drank met zich mee slepend. Dat was zijn manier geweest om een band te kweken, in de hoop dat Harvath zich zou openstellen. Maar na een paar drankjes was Levi teleurgesteld vertrokken.

Harvath was gewoon geen prater, en al helemaal niet over zijn gevoelens. Hij was vooral een overlever. En in zijn branche overleefde je alleen door je af te sluiten van je gevoelens. Onaangename of pijnlijke zaken stopte je in een kluis die je op slot draaide. Gevoelens leidden af, en als je afgeleid werd kon dat dodelijk zijn, niet alleen voor jezelf, maar ook voor anderen.

Vlak bij de tee stonden twee golftassen. De ene zag er heel fancy uit en was duidelijk van Levi. De andere tas was een leenuitrusting die in Camp David voor bezoekende hoogwaardigheidsbekleders gereed werd gehouden. Dat de psychiater niet alleen de vooruitziende blik, maar ook de zelfverzekerdheid bezat om zijn eigen clubs mee te nemen, zei een hoop over hem.

Levi had zijn handschoen inmiddels aan, bukte zich, duwde een tee in de grond en legde er een balletje op. Hij rechtte zijn rug weer, gebaarde naar de gastentas en zei: ‘Het leek me een goed idee om wat lichaamsbeweging te krijgen en een praatje te maken.’

In Harvaths wereld was golf geen ‘lichaamsbeweging’. Het kwam niet eens in de buurt, en zeker niet op deze baan met slechts één hole. ‘Wat dacht je ervan om een eindje te gaan hardlopen?’ opperde hij, in de wetenschap dat de psychiater niet zou toehappen. Levi was meer van het ‘gentleman’s triathlon’-type met sauna, stoombad en dan douchen.

‘Ik heb mijn hardloopschoenen niet bij me,’ antwoordde hij. ‘Pak een club, dan kijken we wie er het dichtst bij de pin komt.’

Harvath had geen belangstelling. ‘Ik hoef niet,’ zei hij. ‘Doe jij het maar.’

Levi haalde zijn schouders op en vroeg na een paar oefenslagen: ‘Weet je wat het verschil is tussen golf en de overheid?’

‘Nee. Wat dan?’

‘Bij de overheid heb je altijd een rotbaan.’

Harvath glimlachte. Het was best grappig, zeker omdat het afkomstig was van een ambtenaar.

‘Let nu op deze drive,’ zei Levi, een beruchte zin van George W. Bush citerend, die hij na een zware persconferentie over terrorisme had uitgesproken.

Hij bewoog de golfclub naar achteren, zwaaide die omlaag en trof de bal vol. Na een echoënde tik vloog de bal door de lucht. De twee mannen zagen hoe die op een meter van de hole neerkwam.

‘Afslaan is voor de show,’ zei Levi, ‘en putten voor de poen. Ik pak een andere club, dan lopen we naar de green.’

‘Is dit het oefengedeelte? Want misschien moet ik eerst wat rekoefeningen doen,’ merkte Harvath met een stalen gezicht op. De green was maar 140 meter verderop.

Levi keek hem aan, haalde een potlood en een scorekaart uit zijn tas en deed alsof hij een notitie op de achterkant maakte. ‘Het gevoel voor humor van cliënt lijkt intact,’ zei hij tegen zichzelf, maar wel zo hard dat Harvath het kon horen.

‘Wat doe je hier, Joe?’

‘Mijn niveau verbeteren.’

Harvath glimlachte. Ik denk dat je hier bent om mijn niveau te verbeteren.’

‘Dat hangt ervan af,’ antwoordde Levi eveneens met een lachje, terwijl hij de scorekaart en het potlood in zijn zak stopte. ‘Moet jouw niveau nog verbeterd worden?’