Page 29 of Near Dark

‘We zijn helemaal van slag. En ik weet zeker dat je zult begrijpen dat dit prioriteit heeft, wat de organisatie betreft. Maar voor mij persoonlijk…’

Holidae maakte de zin voor haar vriendin af. ‘Uiteraard. Carl was je mentor. Ik kan me voorstellen dat jij dit meer dan wie ook tot de bodem wilt uitzoeken.’

‘Zeker weten. Dank je wel.’

‘Goed,’ zei Holidae, terwijl de ober snel een ijsemmer neerzette en weer verdween. ‘Is dat de reden dat ik hier ben?’

Sølvi knikte. ‘Maar eerst wil ik me verontschuldigen.’

‘Waarvoor?’

‘Voor het feit dat we elkaar niet hebben gesproken.’

‘Je weet dat ik alleen naar Carl ben gegaan…’

‘Omdat je je zorgen om mij maakte,’ onderbrak Sølvi haar. ‘Dat weet ik. Het was een loodzware tijd voor me.’

‘Ik kan me nauwelijks voorstellen hoe het geweest moet zijn,’ zei Holidae. ‘Maar laten we even doen alsof ik dat wél kan. Laten we zeggen dat ik er geen enkele twijfel over heb dat we die ex van jou koud kunnen maken, zijn lichaam ergens kunnen dumpen en dan een uur later al aan de Chablis kunnen zitten zonder dat iemand er ooit iets van af zal weten.’

Sølvi glimlachte. Ze wist dat haar vriendin een grapje maakte, maar tegelijkertijd twijfelde ze er niet aan dat ze daartoe in staat was. ‘Je bent een vriendin naar mijn hart. Dank je wel. Maar op dit moment heb ik mijn zinnen op een andere man gezet.’

‘Scot Harvath?’

De Noorse knikte.

‘Ik dacht al dat we die kant op zouden gaan,’ zei Holidae.

‘Wat kun je me over hem vertellen?’

Hayes glimlachte. ‘Laten we bij het begin beginnen. Hoe is het mogelijk dat je weer bij denisbent aangenomen? Ik heb drugsattributen in je appartement aangetroffen.’

‘Die hoorden bij een zaak waaraan ik werkte.’

‘Oké,’ zei de Amerikaanse. ‘Maar hoe verklaar je je gedrag dan?’

‘Door de scheiding maakte ik een moeilijke tijd door.’

Hayes glimlachte weer. ‘Ik hou van je, Sølvi, echt waar. Maar je bent altijd Carls favoriet geweest. Als ik moest raden, zou ik gokken dat hij een verhaal heeft verzonnen om te voorkomen dat je je baan kwijtraakte. En in plaats van eerlijk tegen mij te zijn, verwacht je nu dat ik dat geloof.’

‘Je kunt geloven wat je wilt. Ik vertel je de waarheid,’ hield Sølvi vol. Dat was een leugen, maar Carl had nog eens benadrukt dat die noodzakelijk was als ze in de spionagebranche actief wilde blijven.

Hij had gezegd dat het vast pijnlijk zou zijn om het zo te vertellen, vooral aan collega’s en goede vrienden, maar het was nu eenmaal noodzakelijk. Zonder deze leugen was het gebeurd met haar. Dan was haar carrière voorbij.

‘Ik vraag je niet naar staatsgeheimen,’ vervolgde ze.

‘Nou, dat is nu juist precies waar je naar vraagt,’ antwoordde Hayes.

‘Mijn god, Holidae. Wat moet een vriendin dan doen om een gunst te krijgen?’

‘Dat is makkelijk zat. Een vriendin moet de waarheid vertellen. Voor de draad ermee.’

‘Ik ben wanhopig,’ zei Sølvi.

‘Dat wist ik meteen toen ik je e-mail kreeg. Ik had niets meer van je gehoord sinds ik Carl had verteld dat jij volgens mij een probleem had. Daarna raakte je helemaal uit het zicht. Maar zelfs toen je weer aan het werk ging, probeerde je niet met mij in contact te komen. De boodschap was voor mij zonneklaar. Je nam pas weer contact op nadat Carl was vermoord.’

‘Doe nou niet alsof…’

‘Alsof wat?’